Een bijzondere roofdiersoort lijkt helemaal uit te doven in Europese dierentuinen. Vorige week werd Khan Chi ingeslapen, de laatste vrouwelijke Indische panter op dit continent. Ze verbleef in de Duitse dierentuin Grüne Zoo Wuppertal. Er blijft nog één dierentuin in Europa met deze soort over.
Khan Chi trok zich enkele dagen voor haar dood terug in een rustig hoekje van haar verblijf, laat de Duitse dierentuin weten. “Ze sliep veel, was nauwelijks actief en at niet meer”. Vanwege haar verslechterde toestand en haar hoge leeftijd van 23 jaar besloot het park de panter vorige week in te laten slapen.
Khan Chi werd oorspronkelijk geboren in een natuurgebied in Nepal. Toen ze enkele dagen oud was, werd ze door boswachters gevonden en met de hand grootgebracht, omdat de moeder niet kon worden gevonden. Door de handopfok kon ze niet meer terug in het wild worden uitgezet.
De panter werd met steun uit de Duitse en Nepalese politiek samen met een soortgenoot in 2004 naar de dierentuin van Wuppertal gebracht. De twee panters waren jarenlang de enige Indiase panters in Europese dierentuinen. Khan Chi’s soortgenoot werd eerder al, in 2022, op 21-jarige leeftijd ingeslapen.
Engeland
De Duitse dierentuin zegt in een verklaring dat de panter hen erg dierbaar was geworden en dat het voor het dierverzorgingsteam “een pijnlijk afscheid” is. Momenteel leeft er nog maar één mannelijk exemplaar van deze soort in Wolds Wildlife Park in Engeland.
Voor Indische panters bestaat geen fokprogramma van dierentuinbrancheorganisatie EAZA. Er zijn negen ondersoorten, waarbij EAZA zich met Europese fokprogramma’s op vijf daarvan focust: de Sri Lankaanse, Arabische, Perzische, Noord-Chinese en Amoerpanter. Alle soorten hebben een bijna bedreigde of bedreigde status in het wild.













